Wordt na de vervreemding van een eigen woning rente bijgeschreven op de restschuld?
Dan is de rente over die bijgeschreven rente niet aftrekbaar.

Een man verkoopt medio januari 2014 zijn eigen woning voor € 495.000. De verkoopkosten
bedragen € 4.512 en de man heeft nog een hypotheekschuld van € 642.400. Daardoor houdt
hij nog een restschuld over van € 151.912. Later dat jaar draagt de bank de resterende
vordering op de man over aan een derde. De renten die zijn verschuldigd over deze
restschuld worden jaarlijks nagenoeg volledig bijgeschreven op de hoofdsom. De eerste
keer dat de man zijn aangifte IB/PVV 2018 indient, trekt hij € 4.484 af als rente
over de restschuld. Rente over een restschuld die is ontstaan bij een verkoop van
een eigen woning in de periode 29 oktober 2012 – 31 december 2017 is namelijk nog
vijftien jaar aftrekbaar. Naderhand dient de man opnieuw de aangifte over 2018 in,
maar dit keer trekt hij € 22.297 af als kosten van de restschuld. De Belastingdienst
accepteert dit bedrag niet.

Geen aftrek van rente over restschuld van ex-partner Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden is de weigering van de aftrek van de extra kosten van
de restschuld terecht. Ten eerste heeft de man niet alleen zijn eigen aandeel in de
rente over de restschuld willen aftrekken, maar ook het aandeel van zijn ex-partner.
De man heeft echter geen echtscheidingsconvenant overgedragen nog op andere wijze
aannemelijk gemaakt dat hij draagplichtig is met betrekking tot de restschuld van
zijn ex-partner. Verder wijst het hof erop dat niet alleen de rente die de man heeft
betaald over de restschuld aftrekbaar is. Ook de rente die is bijgeschreven op de
hoofdsom en daardoor rentedragend is geworden, is aftrekbaar. Maar de rente die nadien
is verschuldigd over de bijgeschreven rente, is niet aftrekbaar. Alleen de schuld
die direct voor de vervreemding van de eigen woning bestond, kan immers kwalificeren
als restschuld. Het hof verklaart het hoger beroep van de man ongegrond.

Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden 28-05-2024 (gepubl. 07-06-2024).