De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een maaltijdbezorger bij Deliveroo in dienstbetrekking
werkzaam is. Aan de voorwaarden voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst is voldaan.
Irrelevant is dat de bezorger een zekere vrijheid heeft om opdrachten te aanvaarden
en dat een bezorgers zich incidenteel kan laten vervangen.

Deliveroo heeft vanaf 2015 in Nederland een digitaal platform waarop consumenten bij
onafhankelijke restaurants maaltijden konden bestellen en betalen. Bezorgers halen
de maaltijden op van de restaurants en bezorgen deze bij de consument. De bezorgers
zijn aanvankelijk werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd.
Vanaf juli 2018 werken de bezorgers alleen op basis van een overeenkomst van opdracht.
Deliveroo heeft vanaf juli 2018 de bezorgers betaald per afgeleverde bezorging.
In geschil bij de Hoge Raad is of in afwijking van de afspraken, de overeenkomsten
die de bezorgers met Deliveroo hebben zijn aan te merken als arbeidsovereenkomsten.
De Hoge Raad gaat aan de hand van de wettelijke omschrijving van een arbeidsovereenkomst
van art. 7:610 BW, na of bij de bezorgers ook sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Kortom het gaat erom of de bezorgers arbeid verrichten, waarvoor zij loon krijgen
en dat gedurende een zekere tijd doen. De Hoge Raad verwijst voor het bestaan van
een arbeidsovereenkomst naar de motivering van het arrest van Hof Amsterdam. Het hof
heeft geoordeeld dat de bezorgers arbeid hebben verricht, Deliveroo loon heeft betaald
en de bezorgers onder gezag staan van Deliveroo. Aan de voorwaarden voor het bestaan
van een arbeidsovereenkomst is voldaan.
Over de vrijheid van bezorgers om op het werk en verschijnen en opdrachten te aanvaarden,
oordeelt de Hoge Raad als volgt. De vrijheid van de bezorgers om al dan niet opdrachten
te aanvaarden, sluit op zichzelf een arbeidsovereenkomst niet uit. Het gaat erom wat
geldt als een bezorger wel verschijnt op zijn werk. Ook de mogelijkheid dat bezorgers
zich kunnen laten vervangen, sluit een arbeidsovereenkomst tussen de bezorgers en
Deliveroo niet uit.
De Hoge Raad geeft nog aan dat er op dit moment geen aanleiding bestaat om nadere
regels te geven voor de vraag of er al dan niet een arbeidsovereenkomst bestaat. Zowel
de Nederlandse wetgever als de Europese wetgever hebben nu aandacht voor dit vraagstuk.

Bron: HR 24-03-2023